Introductie
Carel Horstink woont samen met zijn vrouw Siny al sinds 1982 in De Pas, in een huis dat zij zelf gebouwd hebben. Daar voor woonden ze aan de Koningsweg in Winterswijk; dat was in een huurhuis, sociale woningbouw. Beide zijn heel creatief en ook betrokken bij de buurt. Carel is docent Techniek en Economie en energie-coach. Ook is hij vrijwillig molenaar op de Sevink Molen. Zo heeft hij in de winter als vrijwilliger warmte-foto's gemaakt. Ook maakte hij de twee ontmoetingsbankjes en ook de 'weggeef-buurtbibliotheek'. Siny maakt kunstwerken van mozaïek, deze zijn in en om het huis te bewonderen. Samen zijn ze, zeker sinds corona, heel sociaal bewogen en hebben ze veel contacten in de buurt. Op de foto zie je Carel vanaf het dak van zijn klus-garage. De zonnepanelen van nu en ook het molentje dat zij kregen bij het trouwen moesten er ook op :-).
Waarom bent u in deze wijk gaan wonen?
“Dat is eigenlijk heel toevallig gegaan. Wij waren wel op zoek naar een koophuis en een collega van mij had de optie op dit plekje. Hij ging er toch niet voor en toen kregen wij het gelukkig. De meeste huizen in de buurt waren al af toen ons huis gebouwd werd.”
Wat vindt u speciaal aan deze wijk?
“Eigenlijk niets speciaals. Het is er gewoon heel fijn wonen. Dat komt vooral door ons ruime huis en de garage waarin ik naar hartenlust kan klussen. Dat we in een zogenaamde bloemkoolwijk wonen zegt me eigenlijk niets. Ook wisten wij niets van deze wijkopzet en de achterliggende ideeën toen we voor deze plek kozen. Hier hebben we toendertijd ook niet specifiek informatie over gehad. Nu is het merendeel van de bewoners van de Pasbrink 65+. Naar mijn idee is het nooit een sociaal gemêleerde wijk geweest. Iedereen was altijd behoorlijk op zichzelf”, legt Carel uit.
Dan vervolgt hij: “Eerst kenden we alleen onze naaste buren. Sinds corona is dit veranderd, we zijn allemaal fanatieker geworden in het onderhouden van contact. Nu hebben we bijvoorbeeld een buurtapp. Ook hebben we het maandelijkse koffiedrinken op zaterdag waar iedereen uit de buurt welkom is. Dat kun je buiten prima op 1,5 meter afstand doen nu. Er zou ook een buurtbarbecue plaatsvinden, maar dat is vanwege corona niet door gegaan. Daarnaast zorgen we nu meer voor elkaar. Zo hebben we als buurt pannenkoeken en soep rondgebracht. En onlangs, toen bleek dat het Volksfeest niet doorging, is de buurt met Dahlia's de buurt ingegaan om ze uit te delen.”
Zijn er dingen die u wilt terug hebben in de wijk?
“Ik hoef niet perse iets terug te hebben, de wijk is nog precies hetzelfde. Aan de voorkant zou de groenvoorziening verbeterd moeten worden; het zou leuk zijn als er groenten en bloemen verbouwd worden. De wijkaanpak De Pas moet oppassen voor haar geloofwaardigheid, want er zou van alles aangepakt worden maar wij zien niet wat er nu allemaal gebeurd. Ik zeg: begin gewoon. Je hoeft niet te wachten op de plannen van andere hofjes.”
Wat moet er volgens u in de toekomt in ieder geval blijven?
“Ik heb het al een beetje aangegeven; wij vinden het zeer belangrijk dat het groen blijft, maar op een andere manier, die wat meer past bij wat de bewoners echt mooi en nodig vinden. Ook is het fijn als de wijk autoluw blijft.”
Wat is voor u de wijk in 3 woorden?
“Voor mij zijn dat de woorden 'rustig', 'gewoon' en 'ruim'. Ik zal het uitleggen; het werkt gewoon goed bij ons in de wijk. Kinderen spelen buiten op het trapveldje en het crossbaantje. Iedereen heeft de ruimte om zich te ontplooien hier, in alle opzichten. Dat vind ik mooi. Ook zijn we socialer geworden sinds corona. Maar dat heb ik geloof ik al gezegd”, besluit Carel.
Is er iets waarvoor de bewoners in de wijk bij u terecht kunnen?
“Wij helpen sowieso graag mensen. Ik ben graag te porren voor allerhande klusjes, vanwege mijn technische achtergrond en mijn vrouw biedt altijd wel een luisterend oor. Zij heeft jarenlang gewerkt in de psychiatrie, ze kan goed met mensen omgaan. En dat vindt ze ook heel leuk.”
Wat zou u graag in de wijk willen doen?
“Naast wat we nu allemaal doen, helpen met het verder uitwerken van de buurttuin. Het eerste deel is al klaar.”
Hebt u nog een tip om als buurt voor de toekomt op te pakken?
Tips voor de wijkaanpak heeft Carel wel. Waar hij veel last van heeft zijn de caravans en campers die het uitzicht verstoren: “Ook al staan ze in de eigen tuin van mensen, zorg dat deze uit het straatbeeld verdwijnen. En laat iets zien met het groen en gebruik die beschikbare De Pas-woning. Wat we willen is dat er echt iets gebeurt. Denk aan de bielzen die weggehaald zouden worden. Maak het dan ook af. Hetzelfde geldt voor de afvoer van het hemelwater. Het zou zo'n verbetering zijn.” De volgende tip die Carel noemt is: “faciliteer ons met middelen, wij kunnen zelf ook dingen doen.” Als voorbeelden noemt Carel het aanleggen van een tuintje of het plaatsen van een kraantje voor de bewatering. Tot slot geeft Carel aan dat de wijkaanpak nieuwsbrieven kan maken met veel foto’s en doeltreffende onderschriften: "Onderschriften worden beter gelezen weet ik vanuit mijn ervaring als docent.”