De bermen in gemeente Winterswijk vormen natuurlijke verbindingen tussen landschappen en natuurgebieden. Het zijn zogenaamde ecologische verbindingszones waarin bijzondere planten en kruiden goed gedijen en dieren zich veilig kunnen verplaatsen. Hoe we de bermen beheren heeft invloed op de biodiversiteit.
Wijziging maaibeheer
Door zorgvuldig te maaien maken we ruimte voor planten en dieren. Na het maaien voeren we voortaan het maaisel af, waardoor de grond verschraalt. Door deze verschraling krijgen grassen minder kans te groeien en ontstaat er weer meer ruimte voor oorspronkelijke planten en bloemen. Hierdoor verbetert het leefgebied van bepaalde diersoorten.
Wat is het doel?
Uiteindelijk ontstaan meer plantensoorten en krijgen we meer kleine dieren en insecten, zoals bijen en vlinders in de berm. De biodiversiteit in de bermen neemt dus toe.
Wat zijn de gevolgen voor de verkeersveiligheid?
In het kader van de verkeersveiligheid worden twee keer per jaar - in het voorjaar en in de zomer - de zichthoeken op kruispunten, bochten en de eerste 60 cm langs de weg gemaaid.
Wanneer wordt er gemaaid?
Begin oktober begint ROVA met het maaien van het achterste deel van de berm. We laten daarbij een deel staan. Dit om schuilgelegenheid te bieden aan de vele insecten en dieren die in de berm leven. Op het deel dat wordt gemaaid wordt het maaisel verzameld en afgevoerd. De werkzaamheden zullen tot december doorlopen.
De gemeente bekijkt regelmatig of het beheer bijdraagt aan de biodiversiteit. Waar nodig passen we het moment van maaien aan, zodat planten de kans krijgen om uit te bloeien en zaden te vormen.
Niet zelf de bermen maaien
Het verbeteren van de biodiversiteit in de bermen vraagt de nodige tijd. Door stelselmatig het maaisel af te voeren en zo te bodem te verschralen, neemt de biodiversiteit in de loop der tijd toe. Het is daarom belangrijk dat er niet tussentijds extra gemaaid wordt. Zo geven we de kruidenrijke planten de kans te bloeien en zaden te vormen.