Babs Vroegindewey woont alweer ruim 20 jaar aan de Pashegge 69. Eerst met haar gezin, maar nu is iedereen uitgevlogen. Toentertijd waren de kinderen 13, 12 en 10 en verruilden ze hun koophuis op een woonerf in een andere buurt in Winterswijk voor een huurwoning in de groene en kindvriendelijke wijk De Pas. Destijds hadden haar kinderen veel aansluiting bij andere kinderen in de wijk. Babs werkt bij de bibliotheek, heeft inmiddels kleinkinderen en doet ook nog aan mantelzorg voor haar bejaarde moeder.
Waarom bent u juist in de wijk de Pas gaan wonen?
“Ik ben in De Pas gaan wonen, omdat het een mooie groene wijk is. Vlakbij de kinderboerderij en van waaruit je een mooie wandeling kunt maken in de natuur. Bovendien leek het me toen een rustige wijk”, vertelt Babs Vroegindewey opgetogen. “Mijn kamer kijkt uit op de tuin, dat is heel mooi en rustig. Als je de straat kunt inkijken, krijg je meer mee van wat er gebeurt in de wijk. Dat is bij mij dus iets minder het geval”, legt ze uit.
Wat vindt u speciaal in aan deze wijk?
Vroegindewey is gevallen voor het groen en de fietspaden die erdoor slingeren. Ze waardeert het 'bloemkool' effect van hoe de wijk ooit bedacht werd, met alle kruip-door-sluip-door weggetjes. “Verder vind ik het wel prettig dat het een wijk is waar de meeste mensen op zichzelf zijn. Er zijn wel groepjes mensen die veel met elkaar omgaan, maar die houden zich meer met elkaar bezig. Een beetje gesloten naar mijn idee”, vult ze aan.
Zijn er dingen die u terug wilt hebben in de wijk?
Van Babs mag het wel wat rustiger wat het verkeer betreft: “Zeker op eerste stuk, waar je de wijk indraait vanaf de Ravenhorsterweg, daar wordt echt te hard gereden. Ook zou ik graag willen dat het groen beter onderhouden wordt. En dat buurtbewoners, of de gemeente bomen terugplaatsen waar ze omgewaaid zijn, of om andere redenen gekapt.”
Wat moet er volgens u in de toekomt in ieder geval blijven?
“Veel groen!” Daar is Babs heel stellig in. “De bomen moeten ook blijven. Ook zijn sommige struiken wat ouder en daarom verdwijnen ze stuk voor stuk. Aan de overkant had je eerst een hele strook met Jasmijn, nu is er nog maar één struik. Die geur is zo heerlijk, net als die van de Lindeboom. Daar mogen er van mij dus nog wel meer van geplaatst worden.”
Wat is voor u de wijk in 3 woorden?
Groen, vertrouwd, thuis.
Wat doet u zelf op het gebied van duurzaamheid?
“Ik koop zoveel mogelijk lokale producten, ik denk aan het milieu, verbouw zelf wat groente in de tuin en heb een regenton waar ik mijn tuin mee bewater. Woningbouwcoöperatie
De Woonplaats heeft het huis waarin ik woon verduurzaamd. Zo heb ik 4 zonnepanelen, die zijn misschien wat verouderd. Verder is het dak geïsoleerd, het glas vervangen door HR++ en er zit weer een goede voordeur in die niet tocht. Ook heb ik nu een systeem dat de luchtkwaliteit meet.” Babs heeft nog wel een kanttekening: ”Jammer dat de service van De Woonplaats ophoudt waar het huis ook ophoudt. Het was mooi geweest als het schuurtje waar veel warmte van af komt ook geïsoleerd werd.”
Hoe kunnen we in de wijk stappen zetten om duurzamer te zijn?
Babs oppert dat alle bewoners zelf het regenwater ook opvangen en dat de zonnepanelen goedkoper aangeboden worden: “Ik heb zelf al zonnepanelen, maar die zijn inmiddels oud. De aanbieding waarvan ik nu gebruik kon maken vond ik te duur.”
Is er iets waarvoor de bewoners in de wijk bij u terecht kunnen?
Kort maar krachtig antwoordt Babs lachend: “Een kopje koffie en een gesprek.”
Wat zou u graag in de wijk willen doen?
“Het lijk mij heel leuk om een pluktuin, of een moestuin te realiseren achter of voor mijn huis. Als we dat met meerdere mensen doen, is dat nog duurzaam ook. Dan kunnen we de tuintjes aanleggen tussen de huizen. De oogst kun je eventueel nog ruilen met je buren. Een bosje bloemen tegen een kropje sla bijvoorbeeld. Het zou helemaal mooi zijn als we hiervoor gebruik mogen maken van de gemeentegrond voor ons huis”, voeg Babs toe.
Hebt u nog een tip om als buurt voor de toekomt op te pakken?
“Het veldje achter mijn huis was altijd een klein speeltuintje, nu staat er eigenlijk alleen nog maar een speelhuisje op waar nauwelijks gebruik van wordt gemaakt. Eerlijk gezegd vind ik dat er best veel speelgelegenheden zijn en nu de oudere generatie meer vertegenwoordigd is in de wijk, is het leuk om ontmoetingsplekken voor hen te creëren.” Ze vervolgt: “Ik denk aan bijvoorbeeld een vlindertuin, en/of een mooi bankje of een picknicktafel op die plek van dat kleine speeltuintje.
Verder zouden we iets leuks kunnen doen met het opgevangen regenwater in je eigen tuin en iets doen aan de schuurtjes, die verschrikkelijk heet zijn in de zomer, een ander (groen) dak er op. Misschien kan er ergens een hondenspeelplaats worden gerealiseerd, waar je de hond kunt laten rennen zonder dat hij er vandoor kan gaan. Ook kunnen we eisen dat elke bewoner een boom of heg plaatst. Dit zou eigenlijk de groenste wijk moeten worden en als je ervoor kiest om hier te gaan wonen, dan spreekt het voor zich dat je het groen respecteert.
De laatste tip die ik heb is: pak het fietspad aan. Dit is aan groot onderhoud toe want de bovenlaag verbrokkelt helemaal. Dat geeft troep en is onveilig. Hier moet een mooie en veilige oplossing voor komen”, dat is de uitsmijter van een betrokken Babs Vroegindewey.